Mfransen/ November 22, 2012/ Mathroos, Rondje Atlantic 2012-2013/ 5 comments

De Kaap Verden bevallen ons wel. Net als de Canarische eilanden hier zijn de eilanden allemaal verschillen. We begonnen op Sal, in de haven van Palmeira.Sal is een droog en redelijk plat eiland met een paar duidelijke vulkaanpieken. Een ritje landinwaarts om Eline van het vliegveld te halen was leuk, niet spectaculair. Ik merk dat ik echt bomen mis op deze eilanden, er groeit bijna niets. We voeren daarna naar de baai van Santa Maria in het zuiden. Daar lagen we in een baai met wit zand en heel helder water, we konden het anker weer eens zien liggen. Na een heerlijke duik in het water (dat was al weer lang geleden) zijn we naar de kant gegaan. Het zuiden van Sal is een en al vakantie oord. De overige mensen van Elines vliegtuig werden er per bus heengebracht. Het strand is heel mooi, wit, fijn zand. Maar de brekers zo hoog dat we er niet konden komen zonder met boot en al om te slaan. Gelukkig was er een pier met trap, daar stapten we aan land en maakten we de dinghy vast. De pier was tevens vismarkt, inclusief haaien.

Op dit eiland groeit niet zoveel en dat zie je terug in de supermarkt, niet veel keus aan vers. Veel ingeblikt, bonen en kalebassen. Gelukkig weet Eline wat lekkere recepten en eten we heerlijk met wat we nog van de Canarische eilanden hebben. We slapen klote, we schommelen heel erg door de swell die de baai binnenkomt. We besluiten het bij een nacht te laten en gaan aan het eind van de middag weg. We besteden nog een dag op het strand met de drie andere boten die hier liggen. We lunchen in een strandtent, dan hoeven we vanavond aan boord niet meer te koken. “s Middags trekken we het anker op en gaan we richting  naar het eiland Sao Nicolao. Het waait flink we gaan hard met halve wind en flinke golven. Vroeg de volgende ochtend zijn we er al. De baai van Tarrafal staat omschreven als een van de mooiste van de Kaap Verden. Het ziet er bij aankomst inderdaad spectaculair uit; hoge bergen steken omhoog achter de baai. Maar het zijn weer andere bergen dan we eerder zagen. Deze zijn niet heel kaal, licht begroeid en op sommige plekken diep uitgeslepen. Het venturi-effect is hier ook flink; de wind dendert van de berg af naar het water. Motorend de baai in krijgen we wel 35 knopen op onze kop. Gelukkig zien we er andere boten liggen en die lijken rustig te liggen. We varen door en ankeren op zwart zand met flinke wind om onze oren,  het is hier weer compleet anders dan waar we gisteren vertrokken. Na aankomst vallen Mathieu en ik in slaap en bakt Eline lekkere koekjes met de kids, heerlijk een extra volwassene aan boord!

Als we naar de kant gaan worden we ontvangen door wel 8 jongetjes die allemaal graag op onze bijboot willen passen. We kiezen er een uit, he’s our boat-boy. Net als op Sal zijn de mensen hier erg aardig. En ook hier trekken de kids veel bekijks, vooral van de vrouwen en meisjes. We bekijken elkaar, je merkt dat ze hier niet veel toeristen gewend zijn. We bekijken het dorp, een mengeling van hutjes en grote huizen. Een ziekenhuisje met een ambulance uit Rotterdam, wat winkels en jongens die zonnebrillen verkopen. En om de drie winkels is een telecom winkel. Ondanks dat er hier wel wat groeit zie je geen vlees of vers in de winkels. Daar moeten we toch naar op zoek.

Sao Nicolao is op 6 dec 1492 ontdekt, op de dag van de heilige Nicolao. Dus dit lijkt ons een prima plek om te kijken of Sint ook hier wat in de schoen kan doen. De kids zetten hun schoen in de kuip, schrijven een mooie brief want ze maken zich ernstig zorgen dat er geen pakjesavond zal zijn doordat ze niet thuis zijn. Al om 7 uur de volgende ochtend hoor ik ze het luik opendoen… JAAA er ligt iets in. Ik maak een foto en gil enthousiast mee. Nog voor ik kan kijken wat Sint in de schoen heeft gedaan, komt er een grote vissersboot op ons af. Gebarend dat we weg moeten… er ligt verderop een groot cruiseschip te wachten en die moet wat ruimte hebben. Nou anker op en verderop weer naar beneden. We ontbijten met heerlijk zelf gebakken brood. We gaan naar de hoofdstad van het eiland, Villa Ribeira Brava. We stappen in een lokaal busje en samen met vier vrouwen, twee mannen en twee grote manden vis verlaten we het dorp. Onderweg stoppen we om meer mensen op te pikken terwijl Tiesto hard door de spiekers knalt. Voorbereid op heel krap zitten, maar het valt mee. We zijn de enigen die tot het eindpunt gaan, in de bergdorpjes onderweg laten we de andere passagiers eruit. Ribeira is een leuk dorp dat midden op het eiland in een grote gorge tussen de bergen ligt. Daarom is het altijd goed beschermd geweest  tegen aanvallen van piraten. Het is er groen en overal groeien bananen, suikerriet en papaya’s. We maken een prachtige lange wandeling vanaf het dorp omhoog. We stijgen twee uur lang en komen langs allemaal huisjes op de heuvels, plantages en huizen (half) in aanbouw. Wat is het hier groen en mooi. We genieten volop en groeten alle mensen terug; bon tarde! Mooi om te zien hoe de mensen hier leven, nog zo bezig met de basics; water halen bij de water gebouwen, werken in de tuinen of aan hun eigen huis. We moeten de kids soms omhoog praten, het is wel steil. Maar de beloning is een schitterend uitzicht op de gorge waar we omhoog gelopen zijn. Ik ben trotst op ze. Het valt me op dat de gespreksstof anders is dan thuis, het gaat over waar we geweest zijn. Om en om dissen ze herinneringen op aan plekken waar we geweest zijn, dieren die we gezien hebben. Ze letten op alles wat ze om zich heen zien. Leuk hoor, daar doen we het voor. Onderweg kopen we wat te drinken en bananen zo vers uit de boom, de lekkerste die we ooit gegeten hebben. We komen boven weer bij de weg uit en hoeven gelukkig niet lang te wachten tot er weer een aluguer-busje  voorbij komt. Terug in Taffaral eten we nog een Kaap Verdiaans zelf gemaakt ijsje, halverwege bedenk ik me dat dit vast gemaakt is van lokaal water. Nou ja een test voor ons magen (voor de zekerheid haal ik op de boot nog wel even wat blikjes cola te voorschijn, die troep doodt alles in je maag). De jongens hebben goed op onze boot gepast, ik geef ze elk 10 esudos (dat is 10 cent). Eigenlijk horen ze op school te zitten en zou ik geen geld moeten geven. Morgen krijgen ze een pen!

——>Nieuwe foto’s van November—->>>>>

Share this Post

5 Comments

  1. leuk om te lezen Roos

  2. Als jullie straks oversteken kijk dan goed om je heen, want misschien zie je dan Wubbo Ockels met vrouw en bemanning op de “Ecolution” richting Aruba racen. Een twee master met draaibare masten en een heleboel accu’s. Ik heb een filmpje van zijn vertrek uit Scheveningen, maar weet niet of ik dat hier op kan zetten.
    Geniet nog even van op en neer in de bergen, voordat je voor langere tijd op de golven gaat.

  3. Wat grappig om te zien tot waar toch ook Nederlandse invloeden zijn, hihihihi. Wat klinkt het allemaal super zeg! En ja,… eenmaal daar bananen te hebben gegeten, dan weet je pas hoe echte bananen moeten smaken! hihihi. En fijn dat Sint jullie ook heeft weten te vinden.
    Liefs, Wen

  4. Hoop dat jullie wat verse etenswaren
    kunnen inslaan voor de oversteek! Leuk om alles met deze blog bij te kunnen houden. Ik vind jullie – vooral de kids – ERG stoer!

  5. natuurlijk weet sinterklaas jullie te vinden! hij heeft toch ook een boot?! en ik denk dat piet graag bij jullie pakjes brengt, daar hoeft hij ten minste niet door de schoorsteen!

Leave a Reply to jorindel Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

*
*